De plaats van het denken in de samenleving

De vraag lijkt eenvoudig maar ze is het niet. Mocht ik ze letterlijk nemen – “waar?” – zou mijn antwoord een bepaalde plaats moeten aanduiden; vervolgens of ik op die plaats anders ben gaan denken dan op eerdere plaatsen. Tot slot vooronderstelt de vraag dat we objecten of thema’s zouden kunnen van elkaar losrukken om er afzonderlijk dan anders over te gaan nadenken. Terwijl de problemen zich vandaag net aandienen als meer verweven met elkaar en het misschien steeds minder gaat om ‘denken over’ en meer over ‘denken met’.

Laat ik om te beginnen de vraag op zichzelf toepassen omdat het ook de facto klopt: ik ben anders over het denken beginnen denken. ‘Het denken’ klinkt niet echt okselfris in de Nederlandse taal terwijl het Frans een wereld lijkt te openen: la pensée. Met die uitdrukking kom ik meteen terecht in het hart van mijn zoektocht: hoe en waar na te denken in onze samenleving? Hoe de wereld openen op iets anders dan zichzelf?

Die opgave sluit naadloos aan bij wat ik beschouw als een kernopgave van mijn vakgebied, de wijsbegeerte. Als we wijsheid begeren of aan filosofie doen, dan gaat het erom de ruimte van ons denken te openen. Door te wijzen op een lacune in ons denken, op een ander inzicht, een te haastige conclusie of een verkeerde aanname; of door simpelweg te wijzen op wat we niet weten. De ruimte van het denken openen betekent letterlijk iets anders binnenbrengen in ons hoofd zodat we in staat zijn anders te kijken naar hetzelfde fenomeen.

Nadenken is natuurlijk een vreselijk vage term want wat doen we dan? Vroeger heette dat beschouwend zijn, daarna reflecteren of kritisch zijn. Nadenken vooronderstelt dat je ergens op een bepaalde plaats in de wereld een – letterlijk – standpunt inneemt. We denken niet los van ons lijf en onze plaats in de empirische wereld en die plaats – dat ergens – bepaalt dat we hier zijn en niet daar. Natuurlijk is onze verbeeldingskracht in staat dat we tegelijk fysiek hier zijn maar met onze gedachten op een andere plaats. Maar nadenken heeft dus letterlijk een bepaald fysiek gewicht. Wij met ons lijf. Jean-Luc Nancy schreef er ooit een mooi boek over: Le poids d’une pensée.

Anders nadenken moeten we sowieso doen. Als de dooddoener klopt dat de wereld complexer is geworden, dan moeten we er op een andere manier mee omgaan om kennis en inzicht te verzamelen. Door de opkomst van het wereldwijde web kunnen we bovendien stilaan spreken van een andere kennisstructuur die zich van ons eigen heeft gemaakt. Daarvoor waren we eerder encyclopedisch gericht en werkten we in de diepte. Er kwam minder informatie op ons af en we hadden meer tijd om er diepgaander mee om te gaan dan nu. Vandaag moeten we de wereld zelf misschien minder kennen maar moeten we er ons des te meer in oriënteren. De gigantische stroom aan informatie dwingt ons op een ander manier na te denken: meer in samenwerkingsverband, meer in netwerken en interconnectiviteit, schuifelend van hyperlink naar hyperlink.

In die zin moet ik de vraag herformuleren om tot een antwoord te komen: het is niet ik die over iets anders ben gaan nadenken. Het is het andere dat mij op een andere manier heeft doen nadenken, vanuit een andere structuur en een verschillend perspectief dan voorheen. De opgave blijft natuurlijk dezelfde: de wereld en onszelf begrijpen en via kennis en inzicht handelend in wereld staan. Of moet ik zeggen bewegen want onze vaste plaats van weleer is overgegaan in een dynamische oriëntatie zodat ergens blijven stil staan zowat het laatste is wat we kunnen doen.