Het Belgisch belastingsysteem is een complex web van regels en uitzonderingen dat vaak inefficiënt, oneerlijk en ouderwets blijkt te zijn. Fiscaal jurist Mark Delanote werkte mee aan de blauwdruk van de fiscale hervorming waarover de vorige regering uiteindelijk niet tot een akkoord kwam. Durf Denken van UGent vroegen prof. Delanote naar de vijf zaken die aangepakt dienen te worden in het belastingsysteem.
1. De lasten op arbeid zijn te hoog in België
België staat wereldwijd bekend om de hoge lasten op arbeid. De loonwig – het verschil tussen de loonkosten die een werkgever betaalt en wat een werknemer netto overhoudt – is te groot. België heft al snel 50 à 60% lasten op de totale loonkost. “Die erg hoge lasten op arbeid belemmeren de economische groei”, legt Delanote uit. “Dit maakt ons land minder aantrekkelijk voor investeerders. Bovendien botsen we op de grenzen van het fiscaal fatsoen, waarbij we zien dat werknemers stilaan de indruk krijgen dat ze meer voor de overheid werken dan voor zichzelf. Dat maakt werken in België minder aantrekkelijk.”
2. Er zijn te veel ‘koterijen’ in ons belastingsysteem
Er zijn allerlei uitzonderingen en gunstregimes die het systeem nodeloos ingewikkeld maken. “Dat er zoveel uitzonderingen bestaan, duidt op een inefficiënt belastingsysteem. Het is voor iedereen te moeilijk geworden om de belastingregels te begrijpen en dat zorgt ervoor dat bedrijven veel tijd én geld kwijt zijn aan fiscale planning. Het is de gewone werknemer die hiervoor uiteindelijk de prijs betaalt. Ik vergelijk dit fenomeen ook vaak met een ‘divide et impera’-strategie. Iedereen is ontevreden, maar elkeen klampt zich wel vast aan zijn of haar eigen gunststelsel.”
3. De overheid heeft geen zicht op de inkomsten uit vermogen
4. We belasten consumptie te weinig
5. Onze belastingen houden te veel rekening met de (klassieke) gezinssamenstelling
Lees het hele bericht op de site van de UGent.