Kinderen de leiding over onze steden

Mijn droomidee is het overdragen van de bevoegdheid voor het plannen, ontwerpen en beheren van steden aan kinderen.

Stel je voor dat kinderen een tijdje de leiding hebben over onze steden en wij, volwassenen, met hen samenwerken om onze steden te plannen, te ontwerpen en te beheren. Dan hebben alle burgers een kans om te ervaren hoe het is om in inclusieve, toegankelijke, duurzame en speelse stedelijke omgevingen te leven. Er hangt geen hoog prijskaartje aan de realisatie van dit project, maar het vereist wel dat volwassenen die functies bekleden in het plannen, ontwerpen en beheren van steden hun invloedrijke posities verlaten en de macht delen met kinderen.

In een proeftuinomgeving, met andere woorden: door in een stad te wonen die door kinderen wordt beheerd, zou deze periode voor mij de beste gelegenheid kunnen zijn om als volwassen onderzoeker kinderautoriteiten van dienst te zijn en te bewijzen wat Francesco Tonucci en Antonella Rissotto in 2001 beweerden, namelijk dat kinderen ‘gevoelige omgevings-indicatoren’ zijn. Ik ben vooral nieuwsgierig naar het onderwerp dat zij míj zouden vragen te onderzoeken. Omdat ik al geruime tijd met kinderen samenwerk, heb ik een aantal inzichten in mogelijke onderwerpen, hoe ‘kinderen aan de macht’ gelukkig leven zou brengen en waarom ‘kinderen aan de macht’ niet gebeurt terwijl wij stadsbewoners wel frisse perspectieven nodig hebben.

“Er gaat iets mis met onze steden en het huidige stedelijke leven”, zegt in mijn droomproject de kinderburgemeester van de stad. Ze wijst op de statistieken die aangeven dat steden verantwoordelijk zijn voor het gebruik van 60-80% van de hulpbronnen in de wereld en voor de productie van 50% van het wereldwijde afval. Het business-as-usualmodel van de volwassenen werkt onvoldoende, aangezien 20% van de wereldbevolking in ontoereikende huisvesting in stedelijke omgevingen leeft. De pessimistische toekomstprojecties van de volwassenen zijn duidelijk: UN-Habitat verklaart in het World Cities Report 2022 dat de belofte ‘laat niemand achter’ door de 2030 Agenda voor Duurzame Ontwikkeling niet zal worden gehaald.

Ik zit in de zaal en schaam me als volwassene, maar tegelijkertijd voel ik me bevoorrecht om de Kinderburgemeester de waarheid te horen verkondigen met feiten die al lange tijd door volwassenen worden genegeerd. Ik steek mijn hand op om me te verontschuldigen voor mijn generatie, maar de Kinderburgemeester neemt de microfoon alsof ze mijn diepe verdriet begrijpt. Ze zegt: “Maak je geen zorgen, Dr. Ataol! We weten dat wij, kinderen, dit kunnen oplossen in samenwerking met volwassenen, waaronder jij. Ze geeft een paar voorbeelden van kinderparticipatie in stedelijke planning en ontwerp uit Boulder in de Verenigde Staten en Fano in Italië. Daarna vraagt ze waarom ‘kinderen aan de macht’ – met andere woorden:  ‘gedeelde macht’ – zo’n moeilijke vraag voor volwassenen was. Ze concludeert dat de pessimistische kijk op de wereld en steden verandert als de stem van kinderen wordt versterkt.

Beperkt maar veelbelovend onderzoek toont aan dat kinderen sociale en ruimtelijke aspecten van stedelijke omgevingen kunnen analyseren zoals volwassen professionals dat doen, maar dan beter, door middel van een benadering die intergenerationeel en collaboratief is en zowel menselijke als niet-menselijke dingen omvat. Er zijn echter nog steeds obstakels die kinderen ervan weerhouden de leiding te nemen. Dit is voornamelijk te wijten aan het feit dat ze geen stemrecht hebben, en aan de vooroordelen van de volwassenen die de leiding hebben, wat er vaak toe leidt dat ze worden uitgesloten van besluitvormingsprocessen. Het gevolg is dat in het overheidsbeleid geen rekening wordt gehouden met de inbreng van kinderen. Bovendien leidt het gebrek aan ervaring van volwassenen in het werken met kinderen tot vooroordelen die het recht van kinderen om te participeren inperken. Volgens Prof. Laura Lundy, een expert op het gebied van kinderrechten, vallen deze vooroordelen onder volwassenen uiteen in drie hoofdcategorieën: Ten eerste zijn er mensen die twijfelen aan het vermogen van kinderen om een zinvolle bijdrage te leveren aan de besluitvorming; ten tweede zijn sommigen bezorgd over het geven van meer zeggenschap aan kinderen in het besluitvormingsproces; en tot slot zijn er mensen die zich afvragen of het de moeite waard is om te investeren in het betrekken van kinderen bij de besluitvorming, als je weet dat er ook andere belangrijke onderwerpen zijn.

Na de vergadering kreeg ik, als onderdeel van de onderzoeksgroep ‘Afvalinspectie’, mijn eerste officiële verzoek van de Kinderburgemeester om onderzoek te doen naar afvalverwerking in de stad, omdat dit een belangrijk onderwerp was in haar openingstoespraak. Het actieplan was briljant: Elke buurt vormt een ‘Kinderdetectieven-team en bereidt een rapport voor in verschillende vormen, inclusief beeldmateriaal, tekst en video, voor de onderzoeksgroep.

Na een aantal maanden ontving de onderzoeksgroep rapporten uit elke buurt. In samenwerking met volwassen en kindonderzoekers ontdekten we een terugkerend thema, namelijk dat burgers de neiging hebben om hun afval rond de afvalcontainers te gooien in plaats van erin, als ze hun kaart om de containers te openen vergeten zijn of deze niet goed werkt, en ook dat plastic, papier en glazen niet goed en gescheiden worden weggegooid (Afbeelding 1). De Kinderburgemeester organiseerde een ideeënmarathon om dit probleem aan te pakken. Kinderdeelnemers aan die marathon kwamen met het idee om een vriendelijke robot te maken die burgers waarschuwt als ze hun afval rond de container zetten, afval niet goed scheiden en hun laat zien hoe ze dat moeten doen en waarom dat cruciaal is:  het los weggooien van afval is gevaarlijk voor mensen die er lopen en fietsen, en vooral voor dieren die per ongeluk dingen kunnen opeten. Ze gebruikten een AI-gestuurde beeldcreator om het ontwerp te visualiseren (Afbeelding 2). De projectdetails en visuals zijn nu in handen van de ‘Child Innovators’ engineeringgroep, die een prototype zal maken in samenwerking met volwassen ingenieurs.

Afbeelding 1
Afbeelding 2
2 bijdragen
 
Jaarlijkse vraag: Kinderen de leiding over onze steden
 
Jaarlijkse vraag: Kinderen de leiding over onze steden