Op 1 oktober 2024 begon Paul Coffer als wetenschappelijk directeur van het strategische thema Life Sciences van de Universiteit Utrecht. Inmiddels is hij ruim een half jaar verder. Wat trof hij aan, en waar wil hij naartoe? “We hebben alles in huis – nu is het tijd om elkaar écht te vinden.”
Wat maakt Utrecht uniek?
“Ik heb veel gesprekken gevoerd – met mensen van de UU, de HU, het Hubrecht Instituut, het Westerdijk Instituut, het Prinses Máxima Centrum. En ik werd telkens opnieuw bevestigd in wat ik al vermoedde: Utrecht heeft alles in huis. (…) Binnen anderhalve vierkante kilometer huisvesten we misschien wel de hoogste concentratie aan Life Sciences-kennis en faciliteiten in Europa. We hebben hier fundamenteel onderzoek, toegepast onderzoek, onderwijs, kliniek én maatschappelijke partners op loopafstand van elkaar. Dat is zeldzaam. Maar het werkt pas als mensen die nabijheid ook benutten.”
Daarin ligt volgens Coffer de grote uitdaging én de kans van Life Sciences in Utrecht. “We zijn goed in inhoud en in innovatie, maar de echte doorbraken ontstaan als we vakgebieden overstijgen. Die synergie is nodig om de complexe maatschappelijke vraagstukken van vandaag het hoofd te bieden – of het nu gaat om vergrijzing, voedselzekerheid of een duurzame gezondheidszorg.”
“De tijd dat je een wetenschappelijke doorbraak kon forceren binnen de grenzen van één discipline is voorbij,” zegt Coffer.
Lees het hele interview op de site van Utrecht Science Park
