Openheid en transparantie van de overheid in de vorm van data delen kan zijn doel voorbij schieten. Als we het delen van data echter niet als zien communicatie tussen overheid en burger maar als een vorm van informatie verdelen, wordt duidelijker wat het betekent een goede overheid te zijn. Dat concludeert Gijs van Maanen in het proefschrift dat hij op woensdag 8 maart verdedigt aan Tilburg University.

Het waterschap dat Van Maanen onderzocht, deelt data over de meest recente grondwaterstanden via de website. Boeren en burgers kunnen in real time meekijken hoe het grondwater reageert op grote hoeveelheden neerslag, droogte, of het gebruik van grondwater door boeren voor hun gewassen. Het publiekelijk toegankelijk maken van grondwaterstanden heeft grote voordelen, ziet Van Maanen: het maakt iets wat zich onder onze voeten bevindt zichtbaar en beheersbaar, en het zorgt ervoor dat er makkelijker beslissingen kunnen worden genomen over de verdeling van water over een bepaald gebied.

Een nadeel is echter dat het publiekelijk delen van grondwaterdata het idee versterkt dat grondwaterstanden vooral een potentieel waterprobleem zijn. Andere problemen waar het waterschap mee worstelt komen daardoor in het gedrang, zoals de natuur en de bodemkwaliteit.  Openheid opent én sluit dus, concludeert Van Maanen, die verbonden is aan Tilburg Institute for Law, Technology and Society (TILT).

Om de transparantie van de overheid te verbeteren zouden we het delen van data niet zozeer als een vorm van communicatie moeten zien, zoals vaak het geval is, maar als een vorm van verdelen, stelt Van Maanen. Door er een verdelingsvraagstuk van te maken, wordt het makkelijker om vragen te stellen over de plichten van overheden als het gaat om niet alleen het verdelen van data , maar ook of data en informatie wel verdeeld moeten worden om de doelen van een open overheid te behalen.

Stuk op site van Tilburg University.