In 2050 woont zo’n 70% van de wereldbevolking in steden. En hoewel het stadsleven veel voordelen heeft, neemt ook het aantal mensen met psychische klachten toe. Denk aan stress, angst en somberheid. Uit een nieuwe studie van Stanfords Natural Capital Project (NatCap) en de Universiteit Leiden blijkt dat zelfs een kort moment in de natuur al kan helpen tegen zulke klachten. De resultaten geven stedenbouwers en beleidsmakers tips om steden gezonder te maken – met groen als krachtig én goedkoop hulpmiddel. Extra voordeel: bomen en planten zorgen ook voor minder hitte en halen CO₂ uit de lucht.
‘We wisten al dat contact met natuur goed is voor je mentale gezondheid’, zegt Anne Guerry, hoofdonderzoeker bij NatCap. ‘Maar veel eerdere studies laten niet goed zien of dat echt door de natuur komt en of het geldt voor verschillende soorten natuur. Ook is niet goed onderzocht of resultaten uit de ene stad zijn toe te passen op een andere stad. Deze analyse helpt om die vragen beter te beantwoorden.’
De onderzoekers verzamelden gegevens van bijna 5.900 mensen, afkomstig uit 78 studies die buiten zijn uitgevoerd – waaronder experimenten met testgroepen. Daaruit blijkt: allerlei soorten stadsnatuur hebben een positief effect op de geestelijke gezondheid. Stadsbossen sprongen eruit: die helpen vooral goed tegen somberheid en angstgevoelens. Jongvolwassenen hebben er extra veel baat bij – belangrijk, want psychische klachten ontstaan vaak voor je 25e. Ook opvallend: alleen maar rustig zitten in het groen werkte beter tegen negatieve gevoelens dan actief bewegen. Maar beide zorgen wél voor meer energie en een alerter gevoel.
‘Zelfs kort contact met natuur – minder dan een kwartier – kan al veel opleveren’, vertelt onderzoeker Roy Remme. ‘En hoe langer je in het groen bent, hoe meer stress je kwijtraakt. Bij contact van meer dan 45 minuten zagen we zelfs nog sterkere effecten, zoals meer rust en energie.’
Lees het hele bericht op de site van de Universiteit Leiden.
