Dystopische steden, menselijke replicanten, ecologische ineenstorting – deze futuristische elementen vormen de verhaalwereld van Blade Runner 2049. Deze neo-noir sciencefictionfilm werd uitgebracht in 2017 en vertelt het verhaal van een ‘Blade Runner: een replicant die als taak heeft om replicanten van oudere, minder geavanceerde generaties met ‘pensioen’ te sturen (te doden). Het verhaal speelt zich af in 2049, wanneer de technologie zo geavanceerd is geworden dat de grenzen tussen fysiek en digitaal zijn vervaagd: AI-gestuurde, humanoïde robots zijn bijna niet meer te onderscheiden van echte mensen; herinneringen kunnen worden gecreëerd met behulp van Virtual Reality; en de hoofdpersoon K voelt zich emotioneel verbonden met een holografisch meisje.

Bovendien heeft de mensheid gezorgd voor extreme vervuiling en een ineenstorting van de natuur – de enige bomen die de kijker ziet, zijn dood of door VR gegenereerd. Het resultaat van deze elementen is een grimmige, dystopische sfeer die de kijker onderdompelt in een post-apocalyptische wereld. Deze ervaring wordt versterkt door de stijl van de film. De weidse shots laten prachtige maar beklemmende beelden zien van desolate landschappen en neonverlichte steden, aangevuld met een onheilspellende soundtrack.

Toch bevat het verhaal, hoewel het zich afspeelt in een griezelige omgeving, een hoopvol plot over wat het betekent om mens te zijn in een door technologie gedomineerde wereld. In die zin heeft regisseur Denis Villeneuve een ingewikkelde film gemaakt: één die tegelijkertijd wanhoop en hoop laat zien. Deze paradox – zowel angst als bewondering voelen; zowel overweldigd als verheven zijn – is inherent aan het concept van ‘het sublieme’. Maar wat houdt het sublieme precies in? En hoe verhoudt dit begrip zich tot de film?

 

Wat is het sublieme?

 

Hoewel het sublieme al eeuwenlang door verschillende filosofen, theoretici, kunstenaars en schrijvers wordt bediscussieerd, heeft het geen precieze definitie. Het is een concept dat openstaat voor verschillende benaderingen. In zijn boek The Sublime (2017) biedt Philip Shaw een historisch overzicht van deze benaderingen. In het eerste hoofdstuk definieert hij het sublieme als een ervaring die woorden te boven gaat: “Telkens wanneer de ervaring buiten het conventionele begrip valt, telkens wanneer de kracht van een object of gebeurtenis zo groot is dat woorden tekortschieten en vergelijkingspunten verdwijnen, dan nemen we onze toevlucht tot het gevoel van het sublieme.” (p. 2).

Dus wanneer het niet lukt om een gedachte uit te drukken, is het juist door deze mislukking dat mensen een glimp opvangen van wat voorbij gedachte en taal ligt – wat resulteert in een sublieme ervaring. Door het sublieme te beschrijven als een ontmoeting met de grens van het menselijk begrip onderstreept Shaw het paradoxale karakter dat aanwezig is bij sublimiteit: tegelijkertijd overweldigd én verheven zijn; zowel verminderd als vergroot. Met andere woorden: het sublieme gaat over je inferieur én superieur voelen aan het transcendente in de kunst of de natuur – over pijnlijke genoegens.

De nadruk op plezier en pijn gaat terug tot de Ierse filosoof en politicus Edmund Burke, die erover schreef in zijn werk A Philosophical Enquiry into the Origin of Our Ideas of the Sublime and Beautiful (1757). Daarin maakt hij een onderscheid tussen het sublieme en het mooie door te stellen dat het sublieme “zich richt op grote en verschrikkelijk objecten”, terwijl het mooie zich richt op “kleine en aangename objecten” (p. 163). Het sublieme is groter dan het schone; het is donker, diepzinnig en overweldigend, in plaats van licht, vluchtig en charmant (Shaw, 2017). In sublimiteit worden mensen gedwongen, concludeert Burke, terwijl mensen in schoonheid worden gevleid: “We onderwerpen ons aan wat we bewonderen, maar we houden van wat zich aan ons onderwerpt” (p. 163).

Burke leverde met zijn boek een grote bijdrage aan het discours over sublimiteit in de Romantiek, net als Immanuel Kant. Toen Kant over het sublieme schreef, zei hij (1790) dat de natuur, als tastbaar materiaal, mooi kan zijn, maar niet subliem: “Wat subliem is (…) kan niet worden gevat in een zintuiglijke vorm, maar betreft alleen ideeën van de rede” (p. 99). Subliem overstijgt de zintuiglijke waarneming en gaat dus niet over wat mensen waarnemen, maar over hoe mensen het begrijpen.

Het sublieme ontstaat in de geest van het subject, benadrukt Kant, niet in het object van de natuur. Deze verschuiving van de focus kan ook worden herkend in het sublieme van Burke. In zijn definitie legt Burke (1757) de nadruk op de psychologische effecten van terreur en stelt hij dat de bron van het sublieme ligt in “alles wat op enigerlei wijze verschrikkelijk is, of in aanraking komt met verschrikkelijke objecten, of werkt op een manier die vergelijkbaar is met terreur” (p. 45).

Terreur en gevaar zijn niet volledig te vangen in onze geest, stelt hij, en zijn daarom subliem. Cruciaal in zijn definitie is onze afstand tot het angstaanjagende, omdat dit de dreiging verzacht. Dat wil zeggen dat mensen alleen verrukking kunnen voelen op een bepaalde afstand van het werkelijke gevaar, want als het te dichtbij komt, wordt het onmogelijk om ons plezier te verschaffen.

 

Het verhaal van Blade Runner 2049

 

Het verhaal speelt zich af in 2049, in een dystopische toekomst waar biotechnologische menselijke replicanten mensen dienen, maar als tweederangsburgers worden behandeld. De kijker volgt replicant ‘K’, die als Blade Runner werkt. Tijdens een van zijn missies ontdekt hij een obscuur geheim: hij vindt bewijs dat suggereert dat een replicant kinderen heeft gekregen, wat in tegenspraak is met de overtuiging dat deze wezens zich niet kunnen voortplanten. Hij begint aan een zoektocht naar de identiteit van het kind, waarbij hij te maken krijgt met tegenwerking van machtige organisaties die de waarheid willen verbergen.

Omdat hij als replicant geen familie en vrienden heeft, vindt hij emotionele steun in Joi, zijn holografische AI-compagnon. Hij wordt geconfronteerd met de ingewikkeldheden die ontstaan als de grens tussen menselijk en kunstmatig leven vervaagt. Tijdens zijn reis wordt K geconfronteerd met zijn eigen identiteit en menselijkheid en begint hij vraagtekens te zetten bij de essentie van het geheugen, emoties en wat het betekent om te leven. Gezien het plot is Blade Runner 2049 dus eigenlijk een hoopvol verhaal over zingeving; over wat het betekent om mens te zijn in een wereld die gedomineerd wordt door technologie.

Wat bijdraagt aan de dystopische sfeer van de film is de omgeving. Het verhaal speelt zich af in een post-apocalyptische wereld, tientallen jaren nadat de ecosystemen van de planeet halverwege de jaren 20 van de vorige eeuw instortten. Dit leidde tot een wereldwijde hongersnood die miljoenen mensen het leven kostte – een ramp waarvoor synthetische landbouw de oplossing werd (IMDb, n.d.). Er is geen groen te zien in de film. In plaats daarvan is er een planeet te zien die wordt overheerst door verstedelijking en industrialisatie.

Dit wordt benadrukt door de beelden van vervuiling en verwoeste landschappen – de gevolgen van het menselijke handelen op het milieu. Hoewel de film dus niet direct ingaat op klimaatverandering, laat hij wel de impact ervan zien. Door geavanceerde technologie te laten zien in een ineengestorte wereld, presenteert de film een visie op een toekomst die gekenmerkt wordt door zowel vooruitgang als verval. Al met al draait Blade Runner 2049 niet om een catastrofale natuurlijke gebeurtenis, maar de post-apocalyptische setting schetst een afschrikwekkend beeld van een planeet in verval en dient als een waarschuwing voor de bedreiging die de mens vormt voor het milieu.

De werking van de film verkrijgt zijn kracht door de filmische elementen: gedetailleerde, brede opnamen leggen de uitgestrektheid van de dystopische steden en landschappen vast, waardoor de kijker wordt ondergedompeld in de futuristische wereld. De heldere kleuren en verbluffende visuele effecten roepen de uitzonderlijke sfeer van de film op.

De beelden worden ondersteund door een griezelige soundtrack die de spanning opbouwt en, met behulp van elektronische geluiden, bijdraagt aan de dystopische setting. Tot slot zorgen het langzame tempo van de film en de specifieke stiltemomenten ervoor dat het publiek zich beter in de film kan onderdompelen en dat de sfeer van het verhaal wordt versterkt. Samen zorgen deze filmische elementen voor de dystopische setting van Blade Runner 2049 terwijl ze ook de emotionele thema’s van het verhaal benadrukken.

Afbeelding 1. Blade Runner 2049 (2017). K op zijn mission om een replicant ‘met pensioen’ te sturen.

 

Het sublieme in de mensheid en in technologie

 

Blade Runner 2049 is in wezen een film over menszijn in een instortende, door technologie gedomineerde wereld. De kijker volgt het hoofdpersonage K, die na het vinden van het bewijs dat wijst op een uit een replicant geboren kind, begint te worstelen met zijn eigen menselijkheid en zich afvraagt wat het betekent om te leven. Is hij zelf het kind dat hij zoekt? Betekent dat dat hij een ziel heeft? Wat maakt ons menselijk? Deze vragen kunnen de kijkers zichzelf ook stellen, terwijl ze K volgen in zijn existentiële crisis, en terwijl ze net zo weinig antwoorden kennen als hij.

De film eindigt wanneer K de replicanten – een vader en een dochter – herenigt, waarna de kijker hem vredig ziet sterven: hij heeft het goede gedaan. Dit open einde geeft geen antwoord op veel van K’s overweldigende vragen en laat die vragen dus bij de kijker achter. De film wordt zo een object van contemplatie, dat de kijker laat nadenken over wat de mens is en wat de mensheid drijft. Bovendien zetten K’s laatste momenten de kijker aan tot nadenken over de vraag of hij in zijn situatie hetzelfde zouden doen. Waar wil de kijker voor sterven? Zulke vragen over leven en dood roepen een gevoel van terreur op, stelt literatuurwetenschapper Eagleton (2005), wat de kijker dicht bij een sublieme ervaring kan brengen. De kijker ondergaat de vernietiging in de film in plaats van in de werkelijkheid; de kijker beleeft een virtuele dood. Dat confronteert de kijker met zijn onvermijdelijke lot. Dit roept een gevoel op dat verbrijzelt, verrukt, opwindend, overweldigend, angstaanjagend en verheffend is: een subliem gevoel, (Eagleton, 2005).

Blade Runner 2049 roept niet alleen vragen op over leven en dood, maar verkent ook de vervagende grens tussen echt en onecht. In de verhaalwereld bestaat de samenleving uit mensen en menselijke replicanten, maar ook uit humanoïde holografische robots zoals Joi. De film toont dus mensen die samenleven met geavanceerde technologie en laat zien hoe dit de grens tussen echt en kunstmatig leven doet vervagen. Dit roept vragen op over de gevolgen van technologie voor de toekomst van de mensheid, die de kijker niet kan bevatten of beantwoorden. Met andere woorden, de omvang ervan is zo overweldigend dat het het begrip te boven gaat, waardoor de ervaring subliem wordt (Shaw, 2017).

Fundamenteel hierbij is de afstand tussen werkelijkheid van de kijker en die van K. Volgens Burke (1757) kan de kijker geen verrukking ervaren als de terreur die hij op het scherm ziet te dichtbij komt. De kijker herkent bijvoorbeeld technologische kenmerken als locatiebepaling en gezichtsherkenning, maar de afschrikwekkende futuristische AI-technologie is te geavanceerd om direct betrekking te hebben op zijn werkelijkheid. De angst van Blade Runner 2049’s dystopie blijft dus op een veilige afstand; het dringt niet het dagelijks leven van de kijker binnen. Hierdoor kan die de grootsheid van de verhaalwereld overdenken zonder het zelf te ervaren, wat de gevoelens van sublimiteit versterkt.

Afbeelding 2. Blade Runner 2049 (2017). K voor een holografische advertentie met AI robot Joi.

 

Het sublieme in een ecologische instorting

 

Een ander aspect van Blade Runner 2049 dat gevoelens van sublimiteit kan oproepen is de dystopische sfeer. Hoewel het geen verhaal is over de klimaatramp zelf, portretteert de film het leven nadat de ineenstorting van het ecosysteem in 2020 de aarde heeft getroffen. Het toont dus een post-apocalyptische wereld, waar mensen een nieuwe manier hebben gevonden om zonder natuur te leven. Dit dystopische beeld van onze planeet kan een bepaald gevoel opwekken, een gevoel dat lijkt op het apocalyptische sublieme van Salmose (2018).

De kijker komt het apocalyptische sublieme tegen, suggereert deze, wanneer een film een ervaring creëert in het lichaam en in de geest door de kijker onder te dompelen in de ernstige bedreigingen van klimaatverandering. Het gaat verder dan het romantische sublieme en omvat existentiële angst waarbij de kijker het slachtoffer wordt in plaats van louter toeschouwer (Salmose, 2018). Hoewel de ecologische ramp en zijn slachtoffers niet direct worden afgebeeld in Blade Runner 2049, kan de kijker een vergelijkbare ervaring ondergaan bij het zien van de nasleep van die natuurlijke ineenstorting.

De kijker ziet de angstaanjagende transformatie die onze planeet tegen het jaar 2049 kan hebben ondergaan, waardoor hij de immense gevolgen van een mogelijke verstoring van het milieu overdenkt. De film roept existentiële zorgen op over een wereld die vergaat door toedoen van de mens, waardoor de mens – vanaf een veilige afstand – nadenkt over de diepgaande en angstaanjagende effecten van onze impact op de planeet. Deze ervaring gaat het menselijk begrip te boven en roept daardoor overweldigende gevoelens van ontzag en angst op, die inherent zijn aan het sublieme.

 

Het sublieme in de cinematografie

 

Zoals duidelijk werd uit de vorige secties, roept de film overweldigende sensaties en diepe vragen op – ervaringen die worden versterkt door de opvallende beelden van de film. Cineast Roger Deakins gebruikte bijvoorbeeld fascinerende belichtingstechnieken door neonlichten toe te voegen aan met smog gevulde steden, wat de dystopische stemming van het verhaal versterkt. De heldere hologrammen in de stedelijke omgeving tonen merken die we kennen uit onze realiteit, zoals Sony en Coca-Cola, wat ons een verontrustend gevoel van herkenning geeft, alsof het verhaal dichter bij het onze komt.

Bovendien roepen de weidse opnames van de sombere landschappen, die de natuurlijke ineenstorting van onze thuisplaneet vastleggen, een overweldigend gevoel van leegte op dat ons zowel bewondering als afschuw doet voelen. De mens staat hier vaak in het midden van het kader, meestal met zijn rug naar de camera toe – een techniek die ook werd gebruikt door de romantische landschapschilder Caspar David Friedrich, wiens werk vaak wordt geassocieerd met het sublieme.

Denk bijvoorbeeld aan zijn schilderij ‘Wanderer über dem Nebelmeer’ (1818): de aanwezigheid van de man benadrukt de uitgestrektheid van de natuur in vergelijking met de mens, terwijl zijn positie ons in staat stelt zijn standpunt in te nemen. Als we naar de beelden van Blade Runner 2049 kijken, kunnen we dus duidelijk overeenkomsten zien met het romantische sublieme in de kunst – hun beklemmende schoonheid laat ons verschrikt en in verwondering achter. Al met al betrekt de tot nadenken stemmende cinematografie van de film, in combinatie met de soundtrack en het tempo, ons in hoge mate bij het verhaal, waardoor onze ervaringen van sublimiteit worden versterkt.

 

Afbeelding 3. Blade Runner 2049 (2017). K bekijkt het gebied rond “San Diego”, een verlaten en zwaar verontreinigd gebied.

 

Afbeelding 4. Caspar David Friedrich, (1818) ‘Wanderer über dem Nebelmeer’. Hamburger Kunsthalle, Hamburg, Duitsland.

 

Conclusie

 

Dit artikel analyseerde Blade Runner 2049 door de lens van het sublieme. Rekening houdend met de definities van het concept door verschillende schrijvers, is hier onderzocht hoe de film gevoelens van sublimiteit kan oproepen. In wezen heeft de analyse aangetoond dat Blade Runner 2049 vragen oproept over wat de mens is en wat het betekent om te leven en te sterven. Bovendien doet het kijken naar K’s verhaal, dat zich ontvouwt in een aftakelende wereld waar het fysieke en digitale samensmelten, ons nadenken over de gevolgen van de menselijke invloed op het milieu en de effecten van geavanceerde technologie op onze samenleving.

De film inspireert dus om na te denken over onze menselijkheid en onze band met de planeet – een ervaring die nog wordt versterkt door de cinematografie. Door gebruik te maken van artistieke technieken die lijken op die van sublieme schilderijen uit de Romantiek, dompelen de beelden ons onder in het verhaal. Ze leggen vakkundig de dystopische setting vast, waarbij overleving en vernietiging, mens en technologie, en het vertrouwde en vreemde tegenover elkaar worden gezet, waardoor het sublieme samenspel tussen hoop en wanhoop wordt versterkt.

Wat de gevoelens van sublimiteit ook versterkt, is de afstand die cruciaal is voor de Burkeaanse definitie van het concept. Dat wil zeggen dat de angstaanjagende gebeurtenissen die in de film worden afgebeeld niet direct worden ervaren: we zien de angstaanjagende effecten van ecologische ineenstorting, ongebreidelde verstedelijking en futuristische technologie – maar dit dystopische beeld blijft veilig gescheiden van ons dagelijks leven. Alles bij elkaar maken deze aspecten Blade Runner 2049 tot een object van contemplatie.

De overweldigende thema’s roepen gedachten en gevoelens op die onze begripsgrenzen overschrijden, die onbegrijpelijk en onuitsprekelijk zijn. We ervaren pijnlijke genoegens: paradoxale gevoelens van afschuw en bewondering, angst en verwondering, intimidatie en verheffing. We ervaren een toestand die het denken en de taal te boven gaat – met andere woorden, we ervaren het sublieme.

 

Referenties

Burke, E. (1757). A Philosophical Enquiry into the Origin of Our Ideas of the Sublime and Beautiful.

Eagleton, T. (2005). Holy Terror. Oxford University Press.

Friedrich, C. D. (1818). Wanderer above the Sea of Fog. Hamburger Kunsthalle, Hamburg, Germany.

IMDb. (n.d.). Blade Runner 2049. Retrieved from IMDb.

Kant, I. (1790). Critique of Judgment.

Salmose, N. (2018). The Apocalyptic Sublime: Anthropocene Representation and Environmental Agency in Hollywood Action-Adventure Cli-Fi Films. The Journal of Popular Culture, 51(6), 1415-1433.

Shaw, P. (2017). The Sublime (2nd ed.). Routledge.

Villeneuve, D. (Director). (2017). Blade Runner 2049 [Motion Picture].

 

Dit stuk verscheen eerder in het Engels op Diggit Magazine.